Een zwarte slang met gele diamanten is een diamantpython of morelia spilota spilota. Het is een niet-giftige slang die voorkomt in Indonesië, Australië en Nieuw-Guinea.
Volwassen pythons worden meestal 2,7 tot 4 meter lang en wegen tussen de 4 en 10 kilogram. De vrouwtjes worden meestal groter dan de mannetjes. Diamantpythonkoppen hebben een driehoekige vorm en staan bekend om hun schoonheid. Ze hebben witte vlekken met ruitpatronen op hun schubben. Hun kleur is over het algemeen zwart met gouden of witte vlekken, terwijl andere lichte en donkere vlekken hebben. Ze eten meestal kleine zoogdieren, vleermuizen, vogels en hagedissen. In gevangenschap levende diamantpythons eten doorgaans muizen en ratten.
Wilde diamantpythons gedijen in regenwouden, grotten, open grasgebieden en bomen die holle ruimtes mogelijk maken. Ze gedijen ook in graslanden en daarom worden ze soms als boomslangen beschouwd. Het meest verontrustend voor sommige mensen zijn diamantpythons die vaak in de buurt van de huizen van mensen worden aangetroffen. Ze betreden echter gebieden met menselijke bewoning om kleine knaagdieren te achtervolgen. Ze zijn meestal nachtdieren, dus mensen kunnen ze 's nachts zien en bang worden, maar het is onwaarschijnlijk dat ze aanvallen. Net als andere slangen kan de diamantpython grotere prooien doorslikken en heeft hij het vermogen prooien te consumeren die groter zijn dan zijn eigen kop.
