Tussenliggende obstakels zijn factoren die migrerende dieren voor problemen zorgen of verhinderen dat ze hun doel bereiken. Voorbeelden van tussenliggende obstakels zijn onder meer bergen, bossen, woestijnen, steden en watermassa's. Sommige van deze barrières blokkeren de migratie van sommige soorten, terwijl ze andere soorten helemaal niet vertragen. Een grote woestijn kan bijvoorbeeld voorkomen dat amfibieën of insecten hun trek voltooien terwijl vogels er vlak overheen vliegen.
Vogels behoren tot de meest bekende migranten en ze zijn bijzonder bedreven in de praktijk. Omdat de meeste vogels zo goed vliegen, kunnen ze eenvoudig over de meeste tussenliggende obstakels heen. Niet alle vogels kunnen echter grote oceanen oversteken en velen zijn beperkt tot plaatsen die via land bereikbaar zijn. Bergen kunnen ook aanzienlijke barrières vormen voor vogels die er niet overheen kunnen vliegen. Woestijnsteden en rivieren vormen belangrijke barrières voor de migratie van zoogdieren en vaak moeten zoogdieren veel verder reizen om dergelijke obstakels te omzeilen.
Mensen kunnen tijdens migratiereizen ook obstakels tegenkomen. Woestijnen en bergen zijn bijzonder moeilijk voor mensen om te doorkruisen, terwijl bossen en steden voor mensen gemakkelijk te doorkruisen zijn. In de loop van de tijd bouwden mensen vaak nederzettingen in de buurt van zulke uitdagende plekken als een laatste stopplaats waar reizigers zich konden bevoorraden en uitrusten voordat ze moeilijke reizen moesten doorstaan.
Hollister-creditcard